Wat is tolerantie?
De betekenis van tolerantie is kortweg het toelaten van iets controversieels. In dit artikel kun je lezen hoe dat zit.
In English: What is toleration?
Over de betekenis van het woord tolerantie kun je ingewikkeld doen. Dat komt straks nog wel. Houd voorlopig maar vast aan de volgende, kernachtige definitie:
Tolerantie is het toelaten van iets controversieels.
Die definitie bevat drie kenmerkende elementen:
Toelaten.
Toelaten van iets.
Dat iets is controversieel.
Iets: het getolereerde
Het iets, datgene wat toegelaten wordt, kan gaan om opvattingen, gedrag of mensen.
Als het religieuze overtuigingen zijn, spreek je van religieuze tolerantie.
Gaat het om niet-religieuze opvattingen, dan hebben wij het over gewetensvrijheid.
Politieke tolerantie gaat over opvattingen en gedrag samen. Je hebt een politieke mening, die draag je uit, en je wilt hem (samen met anderen) verwezenlijken door iets te doen. Er is sprake van politieke tolerantie als afwijkende politieke meningen en handelingen de ruimte krijgen.
Gedragstolerantie gaat over het toelaten van controversieel gedrag. Onder economische tolerantie versta ik het toelaten van controversieel economisch gedrag.
Of seksuele tolerantie alleen maar betrekking heeft op gedrag staat ter discussie. Je kunt in veel gevallen ook bepleiten dat seksueel gedrag zodanig verweven is met de persoon, dat je het gedrag niet van de mens kunt scheiden.
In dat laatste geval heb je het vooral over sociale tolerantie: het toelaten of verdragen van mensen, los van hun gedrag. Het kan gaan over mensen of groepen mensen die je niet aanstaan, of (groepen) mensen waar je zelf geen moeite mee hebt, maar anderen wel.
Controverse
Er is een negatief oordeel aan het getolereerde verbonden. Dat negatieve oordeel heel intens zijn: walging, diepe verontwaardiging, razernij. Maar een heel licht oordeel kan ook: een onbestemd gevoel van onvrede, het gevoel dat er iets niet klopt, lichte argwaan. En van alles er tussenin natuurlijk.
Heb je dat negatieve oordeel niet zelf, maar veel anderen wel, dan hebben we het over ruimdenkendheid. Ook dat is tolerantie. Maar meestal heb je het negatieve oordeel zelf ook. Denk aan meningen die je niet deelt, religies die je niet volgt, of gedrag dat je afkeurt.
Tolerantie ligt in de buurt van onverschilligheid. Onverschilligheid betekent per definitie dat je geen negatief oordeel hebt, maar ook geen positief oordeel. Het laat je koud. Toch kan het dan om tolerantie gaan. Je hebt zelf misschien geen negatief oordeel, maar anderen hebben dat wel. Of je hebt wel een negatief oordeel, maar je vindt het de moeite niet waard om je ertegen uit te spreken.
Het onderscheid tussen ruimdenkendheid en onverschilligheid is subtiel. Ruimdenkendheid is volgens mij een keuze uit positiviteit: je wil tolerant zijn, niet bekrompen. Je onthoudt je liever van een oordeel, uit onbevangenheid of uit bescheidenheid. Onverschilligheid is de andere kant van dezelfde medaille: je bent niet betrokken, je blijft afzijdig. Er hangt iets van teleurstelling in de lucht.
Toelaten
Ondanks een negatief oordeel besluit je bewust of opzettelijk om het getolereerde toch de ruimte te geven. Voor tolerantie is vereist dat je in staat bent om je te verzetten, en dat je dat bewust of opzettelijk niet doet.
Dat je je kan verzetten kan een zekere mate van macht zijn, maar dat hoeft niet. Je kunnen verheffen, je kunnen uitspreken is al genoeg. Succes hoeft niet gegarandeerd te zijn. Je afkeuring uitspreken is al een daad van tegenstand.
Het komt vaak voor dat iets publiekelijk wordt afgekeurd en toch bewust wordt toegelaten. Denk bijvoorbeeld aan de uitspraak die ten onrechte aan Voltaire is toegeschreven: “Ik keur af wat u zegt, maar ik zal uw recht om het te zeggen tot de dood verdedigen.”
Maar als je volkomen machteloos bent, niet in staat om je te verheffen of te protesteren, kun je van tolerantie niet meer spreken. Dan is het eerder lijdzaamheid of berusting.
Pragmatische tolerantie
Er kunnen allerlei motieven zijn om te tolereren. Die motieven vormen een rode draad in deze Tolerantie Campagne. Kort gezegd kunnen het epistemologische, dialectische of ethische motieven zijn (daar komen we nog op terug). Maar vaak zijn die principiële motieven verweven met pragmatisme.
Pragmatische tolerantie betekent dat je je doelen eerder bereikt door te tolereren. De opbrengsten van tolerantie zijn hoger dan de kosten. Het heeft geen zin om op alle slakken zout te leggen. Het is van voorbijgaande aard. Je wilt de ander niet tegen de haren instrijken. Verzet is zinloos. Afzijdigheid levert een tactisch of strategisch voordeel op. Leven en laten leven.